Deze winter vindt voor het derde jaar op rij het Amsterdam Light Festival plaats. We kunnen ons weer laten verrassen door lichtsculpturen, projecties en illuminaties. Voor ons is dit aanleiding hier even terug te blikken op het eerste lichtfestival dat er ooit in Amsterdam was - in 1929.
#020today: 68 Lichtzuilen op Damrak
Verre voorloper Amsterdam Light Festival in 1929
Van 21 tot en met 26 oktober 1929 baadden diverse locaties in de stad in het licht van opmerkelijke lichtobjecten. Ook waren er attracties als schijnwerperdemonstraties, een verlichte auto-optocht en een dito botenparade. En op diverse locaties konden bezoekers kijken naar nieuwe toepassingen van elektrisch licht, zoals de zaalverlichting in het Rijksmuseum en de avondverlichting van sportvelden.
De aanleiding voor dit lichtfeest was het 50-jarig bestaan van de gloeilamp. Het festijn werd genoemd naar de uitvinder: de Edison Lichtweek. In andere landen, zoals de Verenigde Staten, Frankrijk en Italië waren parallelle herdenkingen. De lichtweek was bedoeld als demonstratie van de mogelijkheden van de moderne verlichtingstechniek. In Amsterdam trok het spektakel massaal nieuwsgierige toeschouwers, tot van ver buiten de stad. Alleen al de tram telde deze week 630.000 extra passagiers.
Op de hier afgebeelde pasteltekening zien we een deel van de 68 lichtzuilen van negen meter hoog die het Damrak opsierde en de weerspiegeling ervan in het water van het Open Havenfront. Het Victoria Hotel en de Oude Kerk zijn herkenbare punten die zijn aangelicht. In het schijnsel van het licht is op het stuk van Centraal Station naar Damrak en op de Prins Hendrikkade het gekrioel te zien van de massale stroom van belangstellenden.
Het is één van de drie tekeningen van Herman Heijenbrock (1871-1948) van de Edison Lichtweek; op de andere staan de Dam met een obelisk van licht en het Leidse Bosje met een lichtreclameobject van Philips. Heijenbrock was enorm gefascineerd door de stormachtige ontwikkelingen op het gebied van techniek en industrialisatie en de rol hierin van de arbeider. In zijn werk als kunstenaar was dit het belangrijkste thema; hij werd bestempeld als ‘schilder van de arbeid’.
Zijn engagement kwam ook tot uitdrukking in het door hem opgerichte Museum van den Arbeid, de voorloper van het NINT (Nederlands Instituut voor Nijverheid en Techniek) en het huidige NEMO. De Lichtweek-tekeningen werden in 1967 door ons museum voor een vriendenprijs gekocht van het NINT.
Even terug naar de Edison Lichtweek: het toeval wil dat de laatste dagen van deze week geassocieerd kunnen worden met een bepaalde vorm van duisternis: het begin van Beurskrach van 1929.
4 keer bekeken